Om te achterhalen waarom jullie niet zwanger raken, voert de gynaecoloog eerst verschillende onderzoeken uit. Welke zijn dat en waarom zijn ze nodig?

Oriënterend Fertiliteit Onderzoek (OFO)

Het Oriënterend Fertiliteit Onderzoek is een basisonderzoek en bedoeld om eventuele stoornissen op te sporen. Deze stoornissen kunnen ervoor zorgen dat zwanger worden niet lukt. Het OFO bestaat uit verschillende onderdelen:

  1. Anamnese (ziektegeschiedenis)
  2. Onderzoek bij de vrouw naar vruchtbaarheid
  3. Onderzoek bij de man naar vruchtbaarheid
  • Anamnese

De anamnese is het eerste gesprek met de gynaecoloog over jouw medische voorgeschiedenis en die van je partner. Antwoorden op deze vragen leveren belangrijke informatie op over de mogelijke oorzaak van het uitblijven van een zwangerschap. Vragen die tijdens dit gesprek gesteld worden gaan over hoe vaak jullie vrijen en hoe lang dit al zonder succes is. Ook vraagt de arts naar eerdere onderzoeken en behandelingen, hoe het precies zit met je menstruatie, of je medicatie gebruikt en kenmerken van je leefstijl, zoals roken en alcoholgebruik. Voor dit gesprek is het handig als je jouw menstruatiecyclus al een paar maanden hebt bijgehouden.

Vragen aan de vrouw
  1. Welke ziektes heb je (gehad)?
  2. Ben je ooit zwanger geweest?
  3. Hoe verloopt je menstruatie?
  4. Op welke leeftijd kwam je moeder in de overgang
Vragen aan de man
  1. Welke ziektes heb je (gehad)?
  2. Heb je na de puberteit de bof gehad?
  3. Gebruik je medicijnen?
  4. Ben je ooit geopereerd wegens niet-ingedaalde zaadballen?
  5. Rook je, drink je? Gebruik je drugs?

Onderzoek naar leefstijl

Omdat er een relatie bestaat tussen overgewicht en verminderde vruchtbaarheid zal de arts je BMI (verhouding tussen je gewicht en je lengte) willen bepalen. Daarnaast kan een ongezond voedingspatroon, gebruik van alcoholhoudende dranken en roken de vruchtbaarheid bij jullie beiden negatief beïnvloeden.

Vaak voert de gynaecoloog meestal gelijk een inwendig gynaecologisch onderzoek uit. Dit helpt om eventuele afwijkingen aan  voortplantingsorganen zoals de eierstokken, eileiders en baarmoeder vast te stellen of uit te sluiten. Het gynaecologische onderzoek bestaat tegenwoordig meestal alleen uit een inwendige echo. Een inwendige echo is een echo via de vagina (vaginale echografie).

  • Onderzoek bij de vrouw naar vruchtbaarheid
Bloedonderzoek

Afhankelijk van het verloop van je cyclus, je voorgeschiedenis en de bevindingen uit eerder onderzoek, kan  bloedonderzoek nodig zijn. Het bloedonderzoek vindt meestal plaats op specifieke momenten in je cyclus. Tijdens een bloedtest worden de verschillende hormonen die een rol spelen bij de vrouwelijke vruchtbaarheid getest. Zo wordt gekeken of er een eisprong is geweest of de eierstokken voldoende actief zijn. Met aanvullend bloedonderzoek kan de arts nagaan of je afweerstoffen in je lichaam hebt tegen chlamydia. Worden die gevonden, dan heb je vroeger zeer waarschijnlijk een Chlamydia-infectie gehad. Deze infectie kan de eileiders hebben beschadigd en/of verklevingen in de buik hebben veroorzaakt. Of de eileiders goed werken kan de gynaecoloog beoordelen door middel van een baarmoederfoto (HSG = hysterosalpingografie) of een diagnostische laparoscopie (kijkoperatie).

Onderzoek van baarmoeder en eierstokken

Vaginale echografie

Bij een inwendige, vaginale echo brengt de arts een dunne echokop in de schede om met geluidsgolven een afbeelding te maken van de baarmoeder en de eierstokken. Een inwendige echo doet meestal geen pijn, tenzij je al klachten hebt. Het onderzoek duurt ongeveer 5 minuten.

Baarmoederfoto

Met het maken van een baarmoederröntgenfoto (hystero- salpingogram ofwel HSG) is het mogelijk om afwijkingen aan bijvoorbeeld de eileiders door (vroegere) ontstekingen of endometriose aan te tonen.

Door het inspuiten van contrastvloeistof via de baarmoedermond in de baarmoeder en eileiders, is te zien of de eileiders vrij toegankelijk zijn voor de zaadcellen. Ook wordt direct de grootte en vorm van de baarmoeder in kaart gebracht. Dit onderzoek is niet geheel pijnloos, je krijgt van tevoren meestal een pijnstiller voorgeschreven.

Kijkoperatie

Deze kijkoperatie (laparoscopie) is een dagbehandeling en je gaat volledig onder narcose. Met een naald blaast de arts koolzuurgas in de buikholte waardoor er ruimte ontstaat om de eierstokken en eileiders te inspecteren. Dit inspecteren gaat via een holle buis (een laparoscoop). Deze buis wordt via een sneetje van ongeveer één centimeter lengte vlak onder de navel ingebracht. Door deze buis kan de arts de baarmoeder, de eileiders en eierstokken zien.

Daarnaast schuift de arts een staafje, via een tweede sneetje onder in de buik, naar binnen. Dit staafje tilt de eileiders en de eierstokken op om te zien of er aan de achterkant vergroeiingen zitten. Tijdens dit onderzoek wordt ook contrastvloeistof ingespoten om (opnieuw) de doorgang naar de eileiders te inspecteren. Na het onderzoek hecht de arts de sneetjes en kun je dezelfde dag nog naar huis.

Je kunt last hebben van wat napijn zoals buikpijn of schouderpijn. De schouderpijn komt door het koolzuurgas dat gebruikt is om het zicht in de buik te vergroten. Dit gas prikkelt het middenrif. Vandaar dat je wat last van je schouder kunt hebben. Deze pijn is de dag na de operatie verdwenen.

Bekijk de animatie over de laparoscopie

  • Onderzoek bij de man naar vruchtbaarheid

Het onderzoek van de man richt zich voornamelijk op de kwaliteit van het zaad. Een zaadmonster, verkregen door masturbatie thuis of in het ziekenhuis, wordt onderzocht op het volume, de zuurgraad, het aantal, de vorm en de beweeglijkheid van de zaadcellen. Verder onderzoek is alleen nodig als bij het zaadonderzoek afwijkingen zijn gevonden. 

Bekijk de animatie over de bewerking en onderzoek van het zaad

Wat betekent onverklaarbare onvruchtbaarheid?

Het kan zijn dat uit al het onderzoek geen oorzaak wordt gevonden voor het uitblijven van een zwangerschap. Dat noemen we ‘onverklaarde onvruchtbaarheid’. Voor veel mensen is dat een prettig idee, omdat hierdoor een zwangerschap via de natuurlijke weg nog steeds mogelijk is. De arts geeft in dit geval meestal het advies over het beste moment om seks te hebben (vlak voor de eisprong) om daarmee je kans op bevruchting te vergroten.

Een deel van de onverklaarbaar onvruchtbare stellen, raakt in deze periode dan toch nog spontaan zwanger. Lukt dat niet en blijft een spontane zwangerschap toch uit, dán kom je in aanmerking voor een vruchtbaarheidsbehandeling zoals IUI of IVF. Wanneer dat gebeurt, hangt onder andere af van je leeftijd en andere lichamelijke factoren.